Bij Guido Reners zat het toneelspelen in het bloed.
Toen hij in 1960 hier in de streek aankwam als jonge leraar aan de PNT, aarzelde hij niet om meteen ook aan te sluiten bij de toenmalige toneelkring VOLHARDING uit Tienen. Daar bleef hij titelrollen en andere vertolken tot hij in 1970, samen met zijn vrouw en twee kinderen, naar Zaïre vertrok.

Na 5 jaar kwam hij terug naar de PNT en besloot samen met zijn collega Tuur Knaepen zich in te zetten voor jeugdtoneel via de club van de Provinciale Dienst voor de Jeugd. 
Daaruit groeide dan Harlekino, een toneelvereniging voor leerlingen/studenten en personeel van de school.
Guido en Tuur regisseerden afwisselend stukken als 'De zevende zoon', ''Wat doen we met bompa' en 'Het gezin Van Paemel' en 'Bemoeial', maar speelden liefst van al zelf mee.

Ook de toneelvereniging Heidebloem Tienen heeft meermaals een beroep op hem gedaan, eerst als speler en daarna als regisseur.

 

Deze regisseur nam de regie op zich tijdens de volgende producties van het Tiens Trac Theater:
Het Tweede Lustrum (Blijspel naar 'Doe het zelf neushoorn' | 1988)
Tante Jutta (Blijspel | 1987)
Bemoeial (Komische thriller | 1986)
De betoverde tovenaar (kindertoneelstukje | 1985)
Help, ik leef! (komedie | 1985)
Wat doen we met bompa? (blijspel | 1984)
De zevende zoon (blijspel | 1983)
De grote Groezel (komedie | 1982)
Gieren op 't veilig nest (komische thriller | 1980)
Ben ik nu getrouwd of niet? (boulevard-komedie | 1979)